belangrijke inzichten

• Het CBS heeft cijfers gepubliceerd over afgestudeerden in hun eerste 9 jaar op de arbeidsmarkt.

• Hieruit blijkt dat 30% van de vrouwen 1 jaar na afstuderen in deeltijd gaat werken, tegenover 14% van de mannen. Dit verschil in deeltijdwerk werd in de jaren erna alleen maar groter.

• Een deel van de verklaringen voor dit verschil is dat vrouwen vaker worden opgeleid om te werken in sectoren waar deeltijd de norm is (onderwijs en zorg). Daarnaast hebben levensbepalende gebeurtenissen (samenwonen en de geboorte van een kind) een groter effect op de loopbaan van vrouwen dan die van mannen.

• De traditionele rolverdeling speelt minder mee onder vrouwen met een hbo- of wo-diploma dan voor vrouwen met een mbo-diploma. Aangezien het opleidingsniveau in Nederland stijgt, kan er geconcludeerd worden dat het traditionele beeld minder wordt.

• Het blijkt dat vrouwen die in deeltijd werken, steeds vaker een grote deeltijdbaan (28 – 35 uur per week) hebben. Ondanks dat Nederland Europees ‘koploper’ is wat betreft het deeltijdwerken, staat Nederland ook in de top als het gaat om vrouwen met een baan.

• Volgens minister Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zijn de sociale normen in Nederland nog erg bepalend voor de keuzes die mensen maken. Dit houdt de financiële ongelijkheid tussen mannen en vrouwen in stand, net als de scheve traditionele verhoudingen.

• Volgens de minister wil het kabinet toe naar een gelijke verdeling van werk en zorg, waardoor de positie van vrouwen verbeterd. Dit kan door de kinderopvang toegankelijker te maken, te zorgen voor verlofregelingen en het doorbreken van genderstereotype rolpatronen.