FEEDBACKFORMULIER

Wij waarderen uw feedback!

FEEDBACK
Dit veld is verplicht
Dit veld is verplicht

* verplichte velden

CPB: Technologie, de arbeidsmarkt en de rol van beleid

belangrijke inzichten
  • Het Centraal Planbureau (CPB) heeft een onderzoek gepubliceerd over de gevolgen van de technologische vooruitgang op de Nederlandse arbeidsmarkt tussen midden jaren 90 tot eind jaren 10.

  • Door de ontwikkeling en adoptie van de computer, het internet en kunstmatige intelligentie, is de productiviteit sterk gegroeid. Hierdoor is de materiële welvaart flink toegenomen.

  • Tussen midden jaren 90 en eind jaren 10 is bijna één op de vijf taken van werkenden geautomatiseerd. Dit is terug te zien in een daling van het inkomensaandeel van werkenden.

  • Nieuwe technologie leidt daarentegen ook direct en indirect tot nieuwe taken voor werkenden (vb. data science en e-commerce). Per saldo is het aantal taken voor werkenden weinig veranderd.

  • Het ontstaan en verdwijnen van taken is echter niet gelijk verdeeld over de groepen op de arbeidsmarkt. In de periode 2003-2020 is het aandeel routinematige taken is met 7,2% afgenomen en het aandeel niet-routinematige taken met 7,2% is toegenomen. Deze routinematige taken bevinden zich met name in het middensegment van de loonverdeling op de arbeidsmarkt (vb. financiële dienstverlening).

  • Omdat technologische ontwikkeling zowel voor het verdwijnen van bestaande banen als voor het ontstaan van nieuwe banen zorgt, zullen werkenden moeten blijven investeren in hun kennis en vaardigheden.

  • De overheid heeft een belangrijke rol in het stimuleren van investeringen in nieuwe technologie, maar moet ook moet waken voor excessieve automatisering.

Ontwikkeling van routinematige vaardigheden

Zoals hierboven genoemd is het aandeel routinematige taken met 7,2% afgenomen en het aandeel niet-routinematige taken met 7,2% toegenomen in de periode 2003-2020. Routinematige taken zijn gedefinieerd als taken die ook door een computergestuurde technologie gedaan kunnen worden. Binnen de routinematige vaardigheden zijn met name de routinematige cognitieve vaardigheden het meest afgenomen (-4,1%), terwijl de niet-routinematige analytische vaardigheden het meeste zijn toegenomen (+4,8%).

In de middenklasse bevinden zich relatief veel beroepen met een hoog aandeel routinematige vaardigheden (denk aan boekhouders en logistiek medewerkers). Met name deze beroepen zijn in het verleden geautomatiseerd, zowel in Nederland als in het buitenland.

Boven in de verdeling van arbeidsinkomen bevinden zich relatief veel beroepen waarvoor niet-routinematige vaardigheden belangrijk zijn (vb. onderzoek en management). Vanwege nieuwe mogelijkheden door nieuwe technologie, neemt de vraag naar deze beroepen juist toe. Ook onder in de verdeling van het arbeidsinkomen zitten relatief veel beroepen met een toenemende vraag. Dit is een indirect gevolg van technologische verandering. Dit komt door de toename in de welvaart, waardoor de vraag naar persoonlijke dienstverlening (vb. pedagogisch medewerker in de kinderopvang en personal trainer) toe is genomen.

Beleid voor de samenwerking tussen technologie en werkenden

Op verschillende beleidsterreinen liggen er mogelijkheden om de samenwerking tussen technologie en werkenden te verbeteren. Zo is het belangrijk om de ontwikkeling en adoptie van ‘arbeidsvriendelijke’ technologie te stimuleren, maar excessieve automatisering te ontmoedigen.

Het is van belang om voldoende aandacht te besteden aan technische en sociale vaardigheden (communicatie, samenwerking en omgevingssensitiviteit). Deze vaardigheden zijn nodig voor het uitvoeren van niet-routinematige taken en zijn moeilijk te automatiseren. Hierdoor zijn deze vaardigheden kansrijk voor de toekomst. Ook het informeren van scholieren en studenten over de toekomstperspectieven van verschillende opleidingen is belangrijk.

Aangezien er banen ontstaan en verdwijnen, zullen werknemers moeten blijven investeren in hun kennis en vaardigheden. Bij- en omscholing zijn essentieel om personen nieuwe vaardigheden te leren en door te stromen naar nieuw werk, of om personen aan nieuwe taken te helpen binnen het bedrijf of de sector.

Tot slot heeft de overheid een stimulerende rol in de ontwikkeling van nieuwe technologie. Dit gebeurt met name via overheidsinvesteringen, die complementair zijn aan investeringen in de markt. Daarentegen moet de overheid waken voor excessieve automatisering (te veel banen en taken van werkenden die vervangen worden door machines, robots en software). Dit kan voorkomen worden door middel van het verlagen van lasten op arbeid en het verhogen van de lasten op het kapitaal.

Lees verder

Benieuwd naar de arbeidsmarktbrede effecten van de technologische ontwikkelingen in Nederland? Klik dan op onderstaande link om het volledige rapport van het CPB te lezen. 

 CPB: Technologie, de arbeidsmarkt en de rol van beleid

POWERED BY

powered by